Op 25 februari 2023 klinkt in de Grote Kerk op de Kerkbrink de cantate ‘O Ewigkeit, du Donnerwort’ (BWV 60) van J.S. Bach. De litho’s die de Oostenrijkse kunstenaar Oskar Kokoschka, geïnspireerd door de cantate, maakte, illustreren het geheel.
Oskar Kokoschka (1886-1980) was een Oostenrijks beeldend kunstenaar die vooral bekend werd als schilder en graficus. In zijn afbeeldingen probeerde hij uitdrukking te geven aan de verborgen instincten van de mens. Hij vervaardigde de serie litho’s over de cantate ‘O Ewigkeit, du Donnerwort’ in 1914, mede naar aanleiding van zijn verdriet over de mislukte relatie met Alma Mahler.
"Bach's cantate presenteert een dialoog tussen Angst en Hoop. Kokoschka kruipt in deze prenten in de huid van de Hoop, terwijl Mahler de Angst speelt. Geleid door Angst slaat de Hoop een weg in die naar de dood leidt (hoewel in de cantate zelf aan het einde goddelijke verlossing klinkt).
Kokoschka haalt eerdere werken aan en verweeft biografische toespelingen op zijn relatie met Mahler.
'Ach! aber ach, wieviel Gefahr stellt sich der Seele dar, den Sterbeweg zu gehen!'
Lithografie, Mann und Weib auf dem Sterbeweg, Oskar Kokoschka, 1914/1916
De beelden in Drachen über einer Flamme (Draken boven een vlam) herinneren aan zijn pogingen om de zwangere Mahler te beschermen tegen het zien van angstaanjagende reptielen, terwijl de laatste prent beelden herneemt van de poster voor zijn eerdere toneelstuk Mörderer, Hoffnung der Frauen (Moordenaar, hoop op de vrouw). Op de voorlaatste prent toont Kokoschka zichzelf staande in een graf, een erkenning van schuld aan de mislukte relatie. Zoals hij later verklaarde: "Ik lig in het graf, gedood door mijn eigen jaloezie."
Waardeer onze cantate-uitvoeringen met uw donatie
Adres: Kerkbrink 4 te Hilversum
Aanvang: 16:30 uur, kerk open vanaf 16:00
Toegang is gratis, er wordt na afloop een collecte gehouden aan de deur.
De mezzosopraan Anne-Marieke Evers studeerde aan het Conservatorium van Amsterdam bij Kevin Smith. Zij specialiseerde zich in muziek uit de Middeleeuwen en Renaissance aan de Schola Cantorum Basiliensis te Basel (Zwitserland). Vervolgens werd zij gecoached door Mariette Witteveen (Nederland) en Elizabeth Daniels (USA). Anne-Marieke is een veelgevraagd soliste voor het oratorium repertoire; Bach’s Passionen en Magnificat, werken van C.P.E. Bach, Saint-Saens, Vivaldi, Mozart, Mendelssohn en Strawinsky.
Zij vertolkte o.a. de rol van Dido in Dido and Aeneas van Purcell en La Tasse Chinoise in L’Enfant et les sortileges van Ravel. Ook heeft Anne-Marieke een veelomvattend liedrepertoire, inclusief moderne componisten als Poulenc, Berio en Schoenberg.
In de VS trad zij solistisch op met de Washington Bach Consort en Bach Sinfonia. Daarnaast was regelmatig te horen in Bach's Matthäus-Passion en Weihnachts Ortorium.
Tigran Matinyan is geboren in Moskou in 1979. Hij studeerde zang aan het Moscow P.I. Tchaikovsky Conservatory Academic Music College en vervolgde zijn studie aan de Gnessin Russian Academy of Music in Moskou. Later studeerde hij af aan de P.I. Tchaikovsky Conservatory onder begeleiding van professor Aleksey Martynov. In 2015 verhuisde hij naar Nederland om de Master Early Music te volgen aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag. Tigran heeft opgetreden met verschillende orkesten en emsembles, waaronder het Russian Philharmonic.
Momenteel is Tigran een van de vaste leden van het Koor van De Nationale Opera in Nederland. Ook neemt hij als freelance zanger deel aan projecten bij het Collegium Vocale Gent.
Nathan Tax volgde vanaf 2010 privézangles bij mezzosopraan Elizabeth van Daalen. In 2014 behaalde hij zijn propedeuse klassieke zang aan het Utrechts Conservatorium bij de IJslandse tenor Jon Thorsteinsson. In 2016 en 2017 studeerde hij bij sopraan Charlotte Margiono, vanaf 2019 krijgt hij les van mezzosopraan Wilke te Brummelstroete. In losse projecten en masterclasses werkte hij als solist met tenor Marcel Beekman, bariton Peter Bording, repetitor Abigail Richards en regisseur Wouter van Looy. In opera- en oratoriumuitvoeringen en in Bachcantates zingt hij regelmatig solo. Sinds 2018 is hij vaste bas bij Cappella Amsterdam en is hij op tournee geweest langs grote podia in binnen- en buitenland.
Cees van der Poel studeerde orgel bij Albert de Klerk in Haarlem en bij Hans van Nieuwkoop aan het Sweelinck Conservatorium Amsterdam. Daarnaast rondde hij in Amsterdam een studie kerkmuziek af en aan het Maastrichts Conservatorium een hoofdvakstudie piano bij Frédéric Meinders en Joop Celis. Van der Poel is werkzaam als uitvoerend musicus, docent en koordirigent. Hij werkt als zelfstandig adviseur op orgelbouwgebied en is als zodanig verbonden aan de grote rooms-katholieke en protestantse kerkelijke koepels. In samenwerking met de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed begeleidt hij restauraties van monumentale orgels.
Een 'ad hoc' koor zingt het inroïtus lied en het slotkoraal van de cantate.
De inleiding wordt verzorgd door Sebastiaan van Eck